Preek: Hoe zullen gelovigen in een oogwenk veranderd worden?
Hoe zullen gelovigen in een oogwenk veranderd worden? Op dat moment zullen allen die in Jezus geloven, levend en dood, veranderd worden in de gevierde, eeuwige lichamen die ons beloofd zijn. De dood zal voor altijd voorbij zijn. De dood zal nooit meer iemand pijn kunnen doen.
Om deze vraag te begrijpen, moeten we naar 1 Korintiërs 15:50-53 kijken. Wij als geheel worden met verschillende beperkingen geconfronteerd. Er zijn mensen met fysieke, mentale of emotionele beperkingen die zich hier bijzonder bewust van zijn.
Ik verklaar u, broeders en zusters, dat vlees en bloed het koninkrijk van God niet kunnen beërven, en dat het vergankelijke het onvergankelijke ook niet kan beërven. Luister, ik vertel je een mysterie: we zullen niet allemaal slapen, maar we zullen allemaal veranderd worden – in een flits, in een oogwenk, bij de laatste bazuin. Want de bazuin zal klinken, de doden zullen onvergankelijk opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden. Want het vergankelijke moet zich kleden met het onvergankelijke, en het sterfelijke met onsterfelijkheid (1 Korintiërs 15:50-53).
Sommige mensen zijn mogelijk visueel gehandicapt; ze kunnen echter een betere benadering van het leven zien. Sommige mensen zijn misschien hardhorend, maar toch kunnen ze het goede nieuws van God horen. Sommige mensen zijn misschien zwak en kreupel, maar toch kunnen zij wandelen in de liefde van God.
Bovendien hebben ze de steun dat deze beperkingen slechts van voorbijgaande aard zijn, ze zijn tijdelijk. Paulus laat ons weten dat alle gelovigen nieuwe lichamen zullen krijgen als Jezus terugkeert, en dat deze lichamen geen handicaps zullen hebben, zodat ze nooit meer ziek zullen worden, nooit gewond zullen raken of zullen sterven. Dit is de hoop en het vertrouwen waaraan wij ons kunnen vastklampen tijdens onze tijd van lijden.
Wat betekent ‘In een oogwenk’? Wat Paulus ons vertelt is dat onze sterfelijke, zondige en verdorven lichamen het Koninkrijk van God niet kunnen binnengaan. Dit aardse lichaam moet voorbijgaan omdat wij christenen, zij die Jezus Christus als Heer en Verlosser geloven en aanvaarden, een nieuw lichaam zullen beërven dat vrij is van alle zonde, verdriet, ziekte en dood.
De betekenis van deze woorden wordt geaccentueerd door Paulus' eerste tussenwerpsel: "Dit zeg ik nu, broeders" (v. 50). Eén daarvan is het ongebruikelijke opmerken dat “vlees en bloed het koninkrijk van God niet kunnen beërven, noch dat het vergankelijke het onvergankelijke beërft” (vers 50).
Paulus zinspeelt op de mensen die zullen leven op welk punt Christus ook op aarde terugkomt. ‘Vlees en bloed’ werden gewoonlijk gebruikt om de levenden aan te duiden. 'Erven' betekent krijgen, hebben en brengt hier geen ongewoon religieus belang over. Zowel de levenden als de doden zullen veranderingen ondergaan bij de wederkomst van Jezus Christus; de levenden zullen veranderd worden; de doden zullen worden opgewekt.
Paulus kondigt aan: “Zie, ik toon u een mysterie” (v. 51). Hier zegt hij tegen de lezers dat ze naar hem moeten luisteren en dat hij iets bijzonder belangrijks te zeggen heeft. Dit is opnieuw een verrassend decreet. Hij onthult het geheime mysterie van hoe onze verdorven, tijdelijke menselijke lichamen misschien voor altijd bij God kunnen binnengaan.
Het simpele antwoord is dat dit niet mogelijk is, ongeacht of deze lichamen afkomstig zijn van gelovigen die de verlossing hebben verzekerd door het geloof in Christus. Iedere wedergeboren christen zal worden veranderd van zijn normale menselijke lichaam naar zijn gevierde hemelse lichaam.
Dit zal allemaal gebeuren wanneer Christus terugkeert voor Zijn kinderen, zoals Hij zei in Johannes 14:2-3. De doden in Christus zullen eerst opstaan in een nieuw hemels lichaam, en wij die levend zijn en achterblijven, zullen worden opgenomen om hen in de lucht te ontmoeten en eveneens getransformeerd te worden.
“We zullen niet allemaal slapen” (v. 51) verkondigt dat christenen die op die dag in leven zijn, niet zullen sterven, maar toch onmiddellijk zullen worden veranderd. Het blazen van een trompet zal de Nieuwe Hemel en de Nieuwe Aarde introduceren.
Het Joodse volk zou de betekenis hiervan begrijpen, aangezien er voortdurend op trompetten werd geblazen om het begin van ongelooflijke gebeurtenissen en andere uitzonderlijke gelegenheden aan te duiden (Numeri 10:10). Dit is wat de tweede komst van Christus wordt genoemd. Paulus bedoelde niet dat dit op dat moment zou gebeuren.
Deze transformatie zal onmiddellijk plaatsvinden, ‘in een oogwenk, in een oogwenk’ (v. 52). Er wordt naar verwezen als ‘in een oogwenk’. Dit zal zo snel gebeuren dat het elke denkbare meting tart. Het zal zo snel gebeuren dat niemand de tijd zal hebben om te zeggen: “Jezus is hier! Daar is hij!" Die tijd is onmeetbaar.
Hoe moeten christenen op deze verandering reageren? Paulus zegt dat “verandering” gepaard zal gaan met het geluid van een trompetgeschal, iets dat vaak de aanwezigheid van God in de Bijbel aankondigt. Deze laatste bazuin symboliseert een conclusie, een einde van iets dat heeft plaatsgevonden.
Dit laatste trompetgeluid zal ook aankondigen dat Gods kinderen nooit meer van Hem geïsoleerd zullen worden. Dat trompetgeschal is de oproep van de Heer aan de hele mensheid, zoals Hij de doden tot leven roept. Jezus sprak met de man die gestorven was en al vier dagen in het graf lag.